Het Nationaal Park wordt groter, mooier en sterker!
Op 31 januari 2020 werd het Masterplan 20-40, het plan om het Nationaal Park Hoge Kempen 2x zo groot, 2x zo mooi en 2x zo sterk te maken, overhandigd aan Vlaams minister van Omgeving Zuhal Demir. Dat gebeurde tijdens de installatievergadering van de stuurgroep van het Nationaal Park. Het Masterplan bevat de toekomstvisie voor de natuur en biodiversiteit van het park, maar heeft ook aandacht voor uitdagingen zoals het verbinden van nieuwe deelgebieden en ontsnippering.
Naar aanleiding van de tiende verjaardag van het Nationaal Park in 2016, daagde de Vlaamse Overheid de regio uit om dit Nationaal Park 2x zo groot, 2x zo mooi en 2x zo sterk te maken.
In samenspraak met meer dan 30 partners werd de voorbije jaren werk gemaakt van een masterplan waarin de missie, visie en ambities voor de Hoge Kempen voor de komende 20 jaar werden beschreven. Dit Masterplan 20-40 werd op 31 januari 2020 overhandigd aan Vlaams minister van Justitie en Handhaving, Omgeving, Energie en Toerisme Zuhal Demir.
Aan de hand van 5 ambities werden de uitdagingen en kansen voor het Nationaal Park voor de komende 20 jaar beschreven. Dit Masterplan 20-40 zet de bakens uit voor een robuust, wervend en veerkrachtig Nationaal Park, dat 2x zo groot, 2x zo mooi en 2x zo sterk is.
Geniet alvast mee van wat het Nationaal Park te bieden heeft!
2x zo groot
De eerste mijlpaal is er alvast: het Nationaal Park Hoge Kempen breidt uit van 60 naar 120 km², met een mozaïek van bossen, heide, vennen, landduinen, mijnterrils en grindplassen. Het verbindt voortaan tien gemeenten met elkaar: As, Bilzen, Bree, Dilsen-Stokkem, Genk, Lanaken, Maaseik, Maasmechelen, Oudsbergen en Zutendaal.
De nieuwe deelgebieden van het Nationaal Park Hoge Kempen zijn Duinengordel, Bergerven en Thorpark ten noorden en het Munsterbos op de grens met Haspengouw in het zuiden.
De Bosbeekvallei, grenzend aan het Nationaal Park, krijgt extra aandacht als “Ecologisch Impulsgebied” en verbindt de noordelijke deelgebieden met elkaar.
2x zo mooi
Een nationaal park is in de eerste plaats een thuis voor zeldzame dier- en plantensoorten. Het Agentschap Natuur en Bos van de Vlaamse Overheid, de betrokken gemeenten en de natuurverenigingen Limburgs Landschap, Natuurpunt en Orchis engageren zich voor een optimale inrichting van de bos- en natuurgebieden van de Hoge Kempen. Ze zijn als beheerders verantwoordelijk voor 80 % van de oppervlakte van het Nationaal Park.
Het plan gaat een aantal knelpunten niet uit de weg, en formuleert onder andere ambitieuze doelstellingen voor de open ruimte. Wegen die het Nationaal Park doorkruisen moeten veiliger voor mens én dier, door o.a. de bouw van ecoducten of ecotunnels. Minister Demir legt momenteel de laatste hand aan het Vlaams actieprogramma ecologische ontsnippering, dat alle noodzakelijke projecten zal omvatten.
2x zo sterk
Daarnaast is een nationaal park wereldwijd een sterk merk voor toerisme. Met die troef wordt het Nationaal Park Hoge Kempen een aantrekkingspool voor bezoekers die op zoek zijn naar een authentieke natuurbeleving. Meer dan 1.000 km bewegwijzerde routes voor wandelaars, fietsers, ruiters en mountainbikers leiden deze bezoekers in goede banen. Daarbij blijven de 6 reeds bestaande poorten tot het Nationaal Park (Connecterra, Kattevennen, Lieteberg, Mechelse Heide, Pietersheim, Station As) een centrale rol vervullen in de toeristische ontwikkeling van de regio. Met de uitbreiding van het Nationaal Park komen er de komende jaren bovendien 3 nieuwe poorten bij: Commanderij van Gruitrode, ’t Eilandje en Thorpark.
Eén van de uitgangspunten van het plan is dat een nationaal park enkel samen met haar bewoners, bezoekers, beheerders en ondernemers een sterk merk kan zijn. Meer dan 30 partners vormen voor dit plan een coalitie en bundelen hun krachten. Dat zal leiden tot concrete realisaties en een Nationaal Park Hoge Kempen dat niet alleen 2 x zo groot, maar ook 2 keer zo mooi en vooral 2 keer zo sterk zal zijn.